Het maken van wijn.

Het maken van wijn klinkt moeilijker dan het is.

Wat we nodig hebben?

  1. Een fles (grote naar wens).
  2. Een kurk met lucht slot. (kan ook met een slangetje dat in een glas water hangt)
  3. Genoeg kruiden om een aftreksel te maken die de fles bijna kan opvullen.
  4. Suiker 1 kg per 5 liter.
  5. Gist. ( vers of droog)

Hoe gaan we dan te werk.

We maken eerst alles: de fles, kurk, en lucht slot goed schoon. Daarna koken we de kruiden tot dat we de hoeveelheid hebben om de fles bijna te vullen. ( Soms schuimt het en dan kan het lucht slot verstopt raken) de smaak moet smakelijk zijn. Door verschillende kruiden te mengen kan je goede smaken maken. Als er blad of plant resten indrijven, even door een filter laten lopen. Daarna los je de suiker in het mengsel op en doe je het in de fles als het voldoende afgekoeld is. Als het bijna koud is voegen we de gist toe en doen we de kurk met lucht slot erop. Kort daarna zullen de eerste bellen CO 2 uit de wijn opstijgen. Na weken zal dat stoppen en als de wijn helder is kan het in flessen gedaan worden. Dan kunnen we het gebruiken als we het nodig hebben.